Vragen en antwoorden

In hoeverre draagt de combinatie van beroepskracht en vrijwilliger bij aan een sterkere maatschappelijke positie van de bibliotheek?

‘De bibliotheek van de toekomst bouw je samen. We gaan steeds verder het sociaal domein in. Zoals met de voorleesbrigade. Vrijwilligers komen met allerlei locaties om voor te lezen. Zo komen we op plekken die ik als professional nog niet kende.’ (Wietske Moonen, Tweede Verdieping Nieuwegein)

‘In andere sectoren zie je ook vrijwilligers, zoals in de zorg. Maar daar is het eerder additioneel: “Dan kunnen de cliënten een keer extra naar buiten.” In de bibliotheek werkt de vrijwilliger veel meer naast de betaalde kracht, met zijn eigen kennis en kunde is hij aanvullend.’ (Jeannette Pannekoek, secretaris BibliotheekWerk)

‘Vrijwilligers benaderen ons geregeld met ideeën. We hanteren altijd twee stelregels om te bepalen of het past. Heeft het met informatieoverdracht te maken? Is het lokaal relevant? Hoe beter je je bewust bent van je functie als bibliotheek, hoe beter je kunt inspelen op dat wat de vrijwilliger wil. En hoe beter je dat kunt inpassen in je kernwaarden.’ (Gemma Wiegant, Tweede Verdieping Nieuwegein)

Wat wordt de rol van de beroepskracht in relatie tot die van de vrijwilliger?

‘De beroepskracht wordt steeds meer een regisseur. Die bewaakt dat bestaande en nieuwe activiteiten tot stand komen met het vereiste kwaliteitsniveau, dat vrijwilligers goed gefaciliteerd worden en dat het allemaal gebeurt binnen de vijf kernfuncties van de SOBW.’ (Misha van Vlaardingen, cao-onderhandelaar namens de FNV)

‘Blijkbaar ontstaat er ook ruimte op de kerntaken. Vrijwilligers zijn welkom in de bibliotheek. Niet als vervanging van de professionals, wel als toevoeging. Dat signaal moeten we ook naar de overheid afgeven.’ (Jan Gommer, voorzitter Stichting BibliotheekWerk)

‘Het klassieke baliewerk hebben wij tot verboden gebied verklaard voor de professionele krachten. Als je in de front office wilt zitten vanwege het klantcontact, kun je gewoon fysiek in de bieb gaan zitten werken. Of je organiseert een spreekuur.’ (Jacqueline Roelofs, Biblionet Groningen)

Wat is nodig om het samenspel tussen beroepskracht en vrijwilliger te bevorderen?

‘Artikel 48 biedt veel ruimte voor lokale invulling. Je kunt afspraken maken over de taakverdeling tussen vrijwilligers en betaalde krachten. Als je het onderling maar eens bent, mag er veel. Dat kan dus betekenen dat een vrijwilliger in Groningen meer mag dan een vrijwilliger elders. In Rotterdam hebben we afgesproken dat de vraag of een taak al dan niet door een vrijwilliger uitgevoerd mag worden, altijd voorgelegd wordt aan de OR. Die kan dan verklaren of er sprake is van additionaliteit of niet.’ (Misha van Vlaardingen, cao-onderhandelaar namens de FNV)

‘Een deel van de vrijwilligers is onder de 35. Voor hen moet het werk uitdaging en meerwaarde hebben. Dat vraagt om heldere afspraken over waar je ze op inzet en ook dat je ze los durft te laten.’ (Jeannette Pannekoek, secretaris Stichting BibliotheekWerk)

‘De nuance is extreem belangrijk. We moeten de discussie over het samenspel met voorzichtigheid en zorgvuldigheid voeren. En onze deskundigheid bewaken.’ (Astrid Kraal, Cubiss)

‘Voor betaalde medewerkers is het waardevol als ze hun eigen onderscheidend vermogen goed kunnen benoemen. De vakinhoudelijke deskundigheid van informatie professionals is uniek: het is het enige beroep waarin je objectieve en betrouwbare informatie ontsluit en duidt.’ (Gemma Wiegant, Tweede Verdieping Nieuwegein)

‘Het regisseren van de vijf kerntaken uit de SOBW dient door betaalde krachten te gebeuren. Er kunnen best vrijwilligers met uitstekende regisseursvaardigheden opstaan. Die moeten dan in loondienst genomen worden. Dat stelt het burgerlijk wetboek: anderen aansturen kan alleen in een geformaliseerde gezagsverhouding.’ (Misha van Vlaardingen, cao-onderhandelaar namens de FNV)

Wat merkt de klant van het samenspel tussen beroepskracht en vrijwilliger?

‘Bij ons in Holten werken we tegenwoordig in de avonduren enkel met vrijwilligers. Die werken alleen aan de voorkant van het systeem. Ze leggen dus uit aan de klanten wat die zelf kunnen op het vlak van reserveren, uitlenen et cetera. De vindbaarheid van boeken in de collectie is soms nog wel lastig. Gelukkig gaat dat met een vereenvoudiging van onze whitebox nu beter.’ (Henk van de Maat, Bibliotheek Rijssen-Holten)

‘Om de vrijwilligers zonder geldstromen te kunnen laten werken, hebben we het uitleenproces sterk vereenvoudigd. Geen boetes meer, geen betaalzuilen meer.’ (Jacqueline Roelofs, Biblionet Groningen)

‘Het publiek reageert soms verrast op de vernieuwingen. Soms maken ze zich zorgen: worden de boeken wel teruggebracht als we niet meer registreren?’ (Jacqueline Roelofs, Biblionet Groningen)

Deze website maakt gebruik van cookies
We gebruiken cookies voor de werking van deze website, om functies voor social media te bieden en om ons websiteverkeer te analyseren. Pas hieronder je voorkeuren aan en klik vervolgens op OK om akkoord te gaan met deze cookies.

Cookie settings